Interview met David Schmidt en Anne Geenen, oprichters Site Practice

In 2021 inventariseerde Arcam de nieuwe partners bij 15 grote Amsterdamse architectenbureaus in de afgelopen vijf jaar. Zo maakten we kennis met 33 nieuwe partners. Maar niet iedereen kiest voor een rol binnen een bestaand bureau. Een eigen bureau geeft immers veel vrijheid, meer zichtbaarheid en meer invloed op wat je belangrijk vindt in de architectuur. In deze reeks presenteren we de komende periode een tiental nieuwe bureaus die de afgelopen jaren zijn opgericht.

Omschrijf je bureau

Site Practice is een architectuur- en ontwerpbureau met studio’s in Mumbai en Amsterdam. We werken aan projecten die in de breedste zin van de discipline geplaatst kunnen worden, kort gezegd alles van stoel tot stad. We geloven sterk in de verbondenheid tussen hoe plekken gemaakt en gebruikt worden.

Een goede architect/stedenbouwkundige is wat ons betreft altijd de beste klimaatactivist!

We nemen dit als uitgangspunt in het ontwerpproces, met als doel ontwerpen te maken die in materiële en sociale zin sterk verankerd zijn in de gemeenschap en die gerealiseerd worden vanuit goed vakmanschap en met een sterk bewustzijn voor de herkomst van materialen en tradities. Onze beste projecten ontwikkelen we als een soort ecosysteem, waarbij programma, materialisering, gebruik, constructie, klimaat etc. integraal samenkomen in het ontwerp.

Waarom zijn jullie een eigen bureau begonnen?

Na ons afstuderen werkten we beiden 6 jaar in het buitenland (David als associate bij het Londonse 6a architects en Anne als partner bij het Mumbaise Case Design). Zowel in Londen als in Mumbai deden we veel ervaring op in de maakbaarheid van het bouwen, en werkten we veel samen met ambachtslieden aan echte maatwerk projecten.

Nadat Anne een schoolcampus in Pune (IN) ontwierp, en David het project Walk-up-Village voor Molonglo in Melbourne (AUS), wilden we meer aan dit soort complexere (stedelijke) en sociale-maatschappelijke ontwikkelingen werken. Hoewel in zeer verschillende contexten, hebben beide projecten een sterke focus op de tussenruimtes van de gebouwde omgeving; de tuinen en binnenplaatsen van de campus vormen het hart van de school, de verticale ontsluiting tussen de twee bouwvolumes in Melbourne is een groene publieke en sociale ontmoetingsruimte. Met Site Practice combineren we projecten van soortgelijke schaal, complexiteit en aandacht voor de natuurlijke omgeving, mét onze aandacht voor de ambachtelijkheid van het bouwen.

Welk project ben je het meest trots op?

Eind 2022 wonnen we, samen met ZUS [Zones Urbaines Sensibles], de internationale stedenbouw- en architectuurprijsvraag voor de herontwikkeling van een kantoorgebouw van 35.000 m2 groot in Neuperlach, München (DE) met ons ontwerp “Fritz District”.

Hierin laten we onze interesse voor het bouwen (het betreft een complexe verduurzaming en herbestemmingsopgave) als ook die voor stedelijke leefomgevingen samenkomen in een ontwerp voor een 75,000 m2 groot stadsdistrict met een mix aan functies en openbare ruimtes. Door zo min mogelijk te slopen en het oude gebouw zoveel mogelijk her te gebruiken realiseren we aan de start van het hele project al een enorme CO2-reductie. We keken heel secuur naar de bestaande constructie en knippen het bestaande gebouw op zodat er zeven verschillende gebouwen ontstaan, die we verder uitbreiden met uitbouwen, toevoegingen en optoppingen, plus twee nieuwe torens.

In combinatie met de tussenruimtes die zo ontstaan, op maaiveld en op de daken en terrassen, creëren we een driedimensionale stad waar wonen, werken en recreatie op verschillende momenten naast en door elkaar heen een plek vinden. Een complexe puzzel waarbij we als ontwerpers telkens navigeren tussen technische uitwerkingen en haalbaarheid enerzijds, en de uitwerking van het programma en de sociale werking van de plek anderzijds. Het proces van samenwerking met ZUS en alle adviseurs op masterplan-niveau, als ook de samenwerking op gebouwniveau met verschillende Europese architectenbureaus, sluit mooi aan bij het gedachtegoed van het ‘New European Bauhaus’; het gezamenlijk realiseren van verrijkende, duurzame en inclusieve steden.

Aan welk project werk je nu?

We hebben dit jaar twee tenders gewonnen die we nu verder uitwerken. In Leeuwarden wonnen we een door de Rijksbouwmeester geïnitieerde prijsvraag die het Biobased Bouwen in Nederland verder moet stimuleren. Ons ontwerp voor 50 sociale huurwoningen voor WoonFriesland bestaat voor 85% uit biobased bouwmaterialen. Hiermee bouwen we voort op de in de afgelopen jaren opgebouwde kennis over biobased bouwen in houtskeletbouw en kalkhennep. De woningen zullen prefab in een fabriek in Noord Holland worden geproduceerd. Op de hoeken van het bouwblokken realiseren we poreuze ‘natuurmuren’, gemaakt van slib uit de Waddenzee. In deze natuurinclusieve hotspots zal niet alleen de lokale flora en fauna floreren, maar lossen we ook het aansluitingsprobleem van generieke fabrieksmatige woningbouw en specifieke stedenbouwkundige randvoorwaarden op, die ook nog eens verrijkend is voor plant, mens en dier.

Met het ontwerp “De Werf” wonnen we de tender Nieuw Rhijngeest Zuid, een nieuwe woonwijk met 500 woningen omgeven door groen en water op de overgang tussen de BioScience Campus in Leiden en de woongemeente Oegstgeest. Ons geloof in maakbaarheid en de belangrijke bijdrage die architectuur daarbij kan leveren is zichtbaar in het voorgestelde gebruik van de wijk als ‘Werf’; een ‘open’ plek met ruimte voor ‘georganiseerde rommeligheid’ waar zelfredzaamheid en toeëigening gestimuleerd worden. In het gelaagde ontwerp integreren we goed doordachte en samenhangende oplossingen voor vraagstukken over duurzaamheid, inclusieve woonomgevingen, bouwbaarheid en natuurinclusiviteit. Een goede architect/stedenbouwkundige is wat ons betreft altijd de beste klimaatactivist!

Vorige
Vorige

De subsidiepot van DUMAVA heeft nog budget beschikbaar!

Volgende
Volgende

Open oproep voor inzendingen rondom het thema 'protest' in de context van ontwerp, stedelijke interventies en visuele cultuur